Richtlijn Paramedische Zorg voor Kwetsbare Ouderen

Richtlijn Paramedische Zorg voor Kwetsbare Ouderen
In maart 2021 is de NVH gestart met de ontwikkeling van de Richtlijn Paramedische Zorg voor Kwetsbare Ouderen. De ontwikkeling van deze richtlijn is naar aanleiding van het onderzoeksprogramma Paramedische Zorg 2019-2022 van ZonMw.


Programma Paramedische Zorg 2019-2022 van ZonMw
Het doel dit programma is het stimuleren van de kwaliteit en transparantie in de paramedische zorg. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de verbetering van de patiëntenzorg en de gezondheid van patiënten. Het programma loopt van 2019 tot 2027.

De ontwikkeling van de Richtlijn Paramedische Zorg voor Kwetsbare Ouderen wordt gefinancierd vanuit dit project.


Waarom een richtlijn kwetsbare ouderen?
De komende dertig jaar zijn er naar verwachting twee tot drie keer zo veel tachtigplussers. Deze sterke vergrijzing zal zich onder meer uiten in een toename van het aantal kwetsbare ouderen.

Kwetsbare ouderen hebben een complexe zorgvraag op verschillende gebieden. Doordat het zorglandschap op dit moment nog erg gefragmenteerd is, is de gewenste integrale behandeling moeilijk. Het doel is dat de richtlijn hier positief aan gaat bijdragen. 


Wat heb ik als huidtherapeut aan de richtlijn?
De richtlijn beantwoordt de vragen die als knelpunt in de praktijk naar voren komen. Dat maakt het document heel praktisch en toegespitst op jouw werkzaamheden als huidtherapeut. Je kunt de richtlijn gebruiken als handleiding in de dagelijks praktijk. En pak hem erbij als er vragen zijn rondom de zorg van kwetsbare ouderen.   

Door de betrokkenheid van de NVH bij de ontwikkeling van de richtlijn zorgt deze naast praktische handvatten ook voor meer zichtbaarheid van kennis en kunde van de huidtherapeut. Verder ondersteunt de richtlijn de bevordering van interdisciplinaire zorg.  


Wie ontwikkelt de richtlijn?

De ontwikkeling van de richtlijn is een samenwerking tussen 6 paramedische beroepsgroepen: huidtherapie (NVH) oefentherapie (VvOCM) ergotherapie (EN), logopedie (NVLF), Diëtetiek (NVD) en fysiotherapie (KNGF).

Per beroepsgroep zijn er één of twee afgevaardigde richtlijnadviseurs. Vanuit de NVH zijn dit Femke de Vries en Myrthe van Zon.

Vooraf hebben de verschillende beroepsverenigingen aangegeven welke onderwerpen, met betrekking tot de doelgroep, belangrijk zijn. Er komt een generiek deel van de richtlijn en beroepsspecifieke delen.  

De participatie van huidtherapie binnen de richtlijnontwikkeling zorgt voor vergroting van zichtbaarheid van kennis en kunde van de huidtherapeut. Tevens ondersteunt de richtlijn de afstemming tussen zorgverleners om interdisciplinaire zorg te bevorderen. 


Voor wie is de richtlijn?

De richtlijn is primair bedoeld voor de 6 betreffende paramedische beroepsgroepen. De richtlijn behandelt knelpunten uit de praktijk waardoor het een praktische richtlijn wordt met handvatten voor de zorg aan de cliënt. De aanbevelingen uit de richtlijn kunnen direct in de praktijk worden toegepast.   

Secundair is de richtlijn voor (mantelzorgers van) kwetsbare ouderen, andere betrokken zorgprofessionals zoals huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde, klinisch geriaters, verpleegkundigen en verzorgenden en beleidsmakers. 


Hoe verloopt het proces van de ontwikkeling?

Tijdens de ontwikkeling de richtlijn worden vier fasen doorlopen:

1. De voorbereidingsfase 
Samen met betrokken partijen worden de knelpunten vastgesteld, waar lopen we tegenaan in de huidige zorg? Aan de hand van deze knelpunten zijn per beroepsgroep en voor het generieke deel uitgangsvragen geformuleerd. Hierna is de subsidieaanvraag bij ZonMw gedaan. 

2. De ontwikkelfase
In deze fase zullen de uitgangsvragen worden beantwoord. Dit wordt gedaan op basis van wetenschappelijk onderzoek aangevuld met expertise en ervaringen van zorgprofessionals en zorggebruikers.

De uitgangsvragen die voor huidtherapie worden beantwoord zijn:

  1. Hoe kan de huidtherapeut screenen en signaleren ter voorkoming van het ontstaan van skin tears bij kwetsbare ouderen? 
  2. Wat zijn bevorderende/belemmerende factoren bij het toepassen van zelfmanagementstrategieën bij kwetsbare ouderen die decongestieve therapie ontvangen? 
  3. Gecompliceerde factoren zoals hartfalen, nierfalen en arterieel vaatlijden bij kwetsbare ouderen zijn bekend als contra- indicatie voor CDT, maar wat kan de huidtherapeut doen als alternatieve behandeling?  

3. De commentaarfase 
Als de conceptrichtlijn gereed is, volgt de commentaarfase. Hierbij wordt het concept voorgelegd aan de klankbordgroep en aan toekomstige gebruikers van de richtlijn. Feedback wordt besproken en verwerkt.

4. De autorisatiefase
Als het commentaar is verwerkt volgt de autorisatiefase. De betrokken partijen bekrachtigen de richtlijn. Dat wil zeggen dat de richtlijn een onderdeel wordt van de beroepsstandaard. Afwijken van de richtlijn kan, maar moet gemotiveerd worden in het patiëntendossier.



Afbeelding_zorgmodules_voortgang_1.png